Info over Tanzania

Nationale Parken

Tanzania beschikt over 22 Nationale Parken. Het meest bekende Nationale park is Serengeti NP, dat uitgeroepen werd tot Africa’s Leading National Park 2020 en bekend is omwille van de Grote Migratie waarbij duizenden gnoes, zebra’s en gazellen de Masai Mara rivier oversteken. Hier kan je tijdens een meerdaagse safari de Big Five spotten en de beroemde Ngorongorokrater afdalen. Als je grote kuddes olifanten wil spotten ben je op je plaats in Tarangire NP, gekenmerkt door haar gigantische en indrukwekkende baobabs. Een wandelsafari in Arusha NP, waarbij je je midden tussen de giraffen begeeft, bezorgt je een echt wow-effect. Lake Manyara NP heeft als troef boomklimmende leeuwen en flamingo’s aan Lake Manyara. Rubondo Island NP, “The Green Pearl in Blue Waters”, is een verborgen niet-toeristisch eiland met krokodillen en nijlpaarden. Hier loop je het avontuur letterlijk tegemoet: ’s avonds moet je opletten dat je niet tegen een nijlpaard oploopt! Wil je chimpanzees opsporen in de wildernis? Dan ben je best op je plaats in Mahale Mountains NP of Gombe NP. Het meest ruige en afgelegen park is Katavi NP met wildsoorten in grote getallen in een verbazingwekkende omgeving. In Udzungwa Mountains NP kan je hiken naar een impressionante waterval en lunchen op één van de rotsen van de waterval met een prachtig viewpoint. Mikumi NP is een kleinschaliger Nationaal Park dat ligt aan de Uluguru Mountains waar je door adembenemende natuur kan hiken en de Bondwa Peak kan bereiken. Nyerere NP (het voormalige Selous) is een toegankelijk zuidelijk gelegen park waar je o.a. olifanten, buffels en leeuwen kan spotten. Dit is tevens het grootste Nationale Park van Afrika. Saadani NP wordt begrensd door parelwitte stranden aan de Indische Oceaan. Je kan er naast een safari tevens een ontspannend boottochtje doen op de Wami rivier tussen de nijlpaarden en krokodillen.

Naast de Nationale Parken zijn er ook meren zoals Lake Natron en Lake Eyasi. Aan Lake Eyasi kan je het vissersleven bewonderen bij zonsondergang en kennismaken met de verschillende unieke culturen. Lake Natron, met zijn flamingo’s, ligt midden in Masaigebied. Een bergachtige tocht leidt je naar een waterval waar je een duik kan nemen. Het zou natuurlijk niet met Running Wild Travels zijn als het enige pad niet door de rivier liep!

Historiek

Tanzania bevat veel archeologische sites met vondsten die teruggaan tot het stenen tijdperk. Zo zijn er onder andere de oudste menselijke voetafdrukken ter wereld terug te vinden: de “Laetoli Footprints” die 3,6 miljoen jaar oud zijn.

In 1890 koloniseerde Duitsland een groot deel van Oost-Afrika. Dit verliep niet zonder weerstand aangezien verschillende bevolkingsgroepen samen streden tegen de Duitsers in de Majimaji-oorlog in 1905-1907. Britten namen de macht over het gebied Tanganyika vanaf 1919. In 1961 werd Tanganyika onafhankelijk. Drie jaar later werd ook Zanzibar onafhankelijk en vormde Zanzibar samen met Tanganyika de nieuwe Verenigde Republiek Tanzania onder de eerste president Julius Nyerere. Dankzij Nyerere’s Ujamaa-politiek (Afrikaans socialisme) kwam er meer vrede en eenheid in het land, met het Swahili als verkeerstaal om te communiceren tussen verschillende bevolkingsgroepen. Hij hield het land vrij van verdere oorlogen. De huidige president is Samia Suluhu Hassan, de eerste vrouwelijke president van het land.

Dodoma is vandaag de hoofdstad maar tot 1973 was dit Dar es Salaam, een belangrijke havenstad. Vandaag de dag vormt Dar es Salaam met haar 4,3 miljoen inwoners nog steeds het economisch zwaartepunt.

Cultuur

Tanzania heeft een enorme diversiteit aan culturen. Sommigen hechten veel belang aan het behoud van hun cultuur. Zo kom je tijdens je reis ongetwijfeld Maasai tegen in hun kleurrijke kledij en met hun kuddes. Je kan ook kennismaken met de Hadzabe: één van de laatste jager-verzamelaar gemeenschappen in de wereld. Zo zijn er nog ontzettend veel andere culturen met elk een unieke levensstijl. Driekwart van de bevolking in Tanzania leeft van de landbouw. Met hun eigen geiten en kippen proberen gezinnen vaak zelfvoorzienend te zijn.

In de grote steden zie je de mensen zich verplaatsen in overvolle daladala’s (busjes), met het hele gezin op een bodaboda (moto) of iets comfortabeler in een bajaji (tuktuk). Op de drukke markten zie je vrouwen in kleurrijke kanga’s hun inkopen doen om al dan niet een ugali-maaltijd voor te bereiden. Streetfood-restaurantjes kom je overal tegen in het overvolle straatbeeld. Velen verdienen hier hun brood door werkzaam te zijn in de informele sector: kraampjes uitbaten, straatverkopers, taxi’s… Aan de kuststreek en op de eilanden primeert visvangst. Voor seafood moet je hier zijn!